Op donderdag 6 juli (aanvang 19.30 uur) is in Nationaal Monument Kamp Vught een voorpremière van ‘De strijd om het Srebrenica Museum’ waarbij regisseur Kay Westenbroek aanwezig is.
In 2014 krijgt vredesorganisatie PAX van de Nederlandse regering de opdracht om een permanente expositie te maken over de rol van de Verenigde Naties in de Bosnische Burgeroorlog (1992-1995) en met name over de rol van Dutchbat bij de val van Srebrenica (11 juli 1995). De expositie wordt onderdeel van het Srebrenica-Potocari Memorial Centre and Cemetery (PMC), het herdenkingscentrum waar de slachtoffers van de Srebrenica genocide worden begraven.
PAX huurt een aantal experts in van Herinneringscentrum Kamp Westerbork om de tentoonstelling te maken. Omdat het Bosnische PMC de officiële opdrachtgever is, moet alles wat de Nederlanders doen, worden geaccordeerd door verschillende groepen nabestaanden in Bosnië-Herzegovina. Met name de ‘weduwen van Srebrenica’ staan vijandig ten opzichte van de Dutchbat-veteranen omdat zij Nederland medeverantwoordelijk acht voor de val van Srebrenica en de daaropvolgende genocide. Daarmee wordt het maken van een objectieve en historische verantwoorde tentoonstelling een lastige opgave. Zeker omdat Nederlandse politici en de Dutchbat-veteranen ook hun eigen visie hebben op de gebeurtenissen in 1995.
Controverses
In ‘De strijd om het Srebrenica Museum’ volgt documentairemaker Kay Mastenbroek gedurende drie jaar de herinneringsexperts van Kamp Westerbork: Directeur Dirk Mulder, freelance historica Monique Brinks en Erik Guns. Hoofdpersoon Monique Brinks is verantwoordelijk voor het inhoudelijke verhaal van de tentoonstelling. Vol enthousiasme begint ze aan het schrijven van een chronologische lijn die loopt van het uiteenvallen van Joegoslavië tot de herbegrafenis van de meer dan achtduizend Bosnische mannen die in juli 1995 worden vermoord. Al snel merkt ze dat het beschrijven van de recente geschiedenis tot controverses leidt.
Ontroerend
Monique, Dirk en Erik reizen in drie jaar vijftien keer op en neer naar Sarajevo. Tijdens de tientallen vergaderingen en presentaties krijg je soms de indruk dat het er vooral om gaat om elkaar in de weg te zitten. Maar ondanks alle problemen staat er na drie jaar wel een museum. Dat maakt deze documentaire soms hilarisch, soms ergerlijk, soms ontroerend en uiteindelijk bevredigend.
Locatie: Nationaal Monument Kamp Vught: donderdag 6 juli 19.30 tot 21.00 uur. De documentaire is later te zien bij KRO-NCRV op NPO2 (datum nog niet bekend).
