Column Foppe Weijer Strakke bedden tussen schone paden

Foto: Foppe Weijer

Het is een hele rustige wintermiddag, nauwelijks wind, geen regen en zeker geen sneeuw. Na een boswandeling met vrienden popt het idee op om even bij mijn moestuin te kijken. Zij hadden deze nog niet gezien en lopen over van nieuwsgierigheid en ik van trots.

We wandelen het volkstuinenpad op in het schemerdonker. Ik vind het verrassend hoeveel ik nog kan zien, ook al is de zon zo goed als verdwenen. Een schier onuitputtelijke rij moestuinen ligt aan het pad en bij elke moestuin hoort een mens die zo’n tuin onderhoudt. Maar nu is er niemand te zien, een middag waarop iedere tuinder liever ergens anders verblijft. Op de grond is het stil, de Elzen daarentegen ruisen met hun kruinen alsof ze me fluisterend willen vertellen dat er wat gaat gebeuren. Een paar tuinen voor de mijne, sta ik ineens stil. Mijn pupillen, die al groot zijn vanwege de duisternis, verwijden zich snel, zo snel dat er weinig ruimte overblijft voor het bruin van mijn irissen. De tuin van een van mijn buren is precies zoals ik me altijd heb voorgesteld, kaarsrechte netjes aangeveegde stenen paden en daartussen rechthoekige bedden, bestaande uit zwarte grond van een zo fijne structuur dat er geen onkruid op durft te groeien. Ik ben jaloers. Ja, dat schiet er door me heen. Jaloers op zo’n mooie schone tuin en ook wel op de discipline van de buurman, die voor zo’n resultaat toch zeker iedere dag de schoffel door de grond moet trekken. Ik weet het, jaloeziegevoelens zijn onvermijdelijk en horen nu eenmaal bij mijn complexe gevoelsleven. Ondertussen stellen mijn vrienden me gerust door te vertellen dat ze mijn tuin groot en mooi groen bedekt vinden. En mijn stem repeteert: ‘Onkruid is niet slecht, onkruid is een goede bescherming van de grond zoals de huid bij het lichaam van een mens. Het beschermt de bodem tegen zon, wind, vorst en (slag)regen. Echt waar, onkruid heeft zijn waarde, net als vers groen snoeiafval en mest. Onkruid mag ik echt wel laten groeien, zo droogt mijn goede bodem niet uit, waait niet weg of spoelt niet uit.’ Terwijl mijn gedachten overuren maken en ik zeker weet dat ik toch wel een beetje jaloers ben, hebben mijn bruine regenboogvliezen weer de ruimte gekregen van de pupillen. Ik besef dat Ik blij ben met al die verschillende tuincollega’s, de moestuinwereld zou anders maar saai zijn en mijn wintergroene tuintje niet uniek.

Volgende maand staan de spruitjes op het programma. Heb je een lekker recept waar spruitjes de hoofdrol in spelen, mail het voor het carnaval door aan [email protected]. Wie weet wordt jouw recept de volgende keer gepubliceerd.

Deze maand is het tijd voor een echte wintergroente. In mei van het afgelopen jaar heb ik hele kleine witlofzaadjes in de grond gedaan en in de maanden tot aan de winter zijn daaruit volwassen planten met langwerpige groene bladeren gegroeid. Eind oktober heb ik de witlofplanten uit de grond gehaald en een aantal dagen te drogen gelegd. Het grootste gedeelte van de groene loof heb ik afgesneden en de wortels daarna in emmers vol potgrond geplaatst. Ergens in onze volle garage heb ik nog een plekje gevonden om daarna de witlofkropjes te laten groeien, in het donker, zodat er ook mooie witte kroppen te oogsten vallen. Nu is het januari en tijd om te genieten.

Ovenschotel van witlof en gehakt (4 personen) https://www.emte.nl/recepten-inspiratie-tips/recepten/recept/ovenschotel-witlof-gehakt-1.htm

Ingrediënten
500 gram half-om-half gehakt
2 eieren
3 eetlepels paneermeel
Scheutje ketjap
2 eetlepels zonnebloemolie
5 stronkjes witlof
4 takjes geritste verse tijm
1 pakje Maggi Aardappelpuree à la minute Kaas
125 gram geraspte kaas
Versgemalen peper
Zout

Bereidingswijze

  1. Verwarm de oven voor op 175°C bij de grillstand.
  2. Maak de stronkjes witlof schoon, snijd in de lengte doormidden en verwijder de harde kern.
  3. Meng het half-om-half gehakt met de eieren, 1 eetlepel paneermeel en een scheutje ketjap. Kruid met zout en peper en meng goed door tot een stevig geheel. Vorm er kleine gehaktballen van.
  4. Verwarm de helft van de zonnebloemolie in een anti-kleefpan en bak er de gehaktballetjes mooi goudbruin in. Neem uit de pan en houd apart.
  5. Bak in dezelfde pan met een extra scheutje zonnebloemolie de gehalveerde witlof om en om in aan met de tijm tot ze mooi beginnen te kleuren. Kruid met zout en peper.
  6. Bereid de aardappelpuree volgens de aanwijzingen op de verpakking en verdeel over de bodem van een ovenschaal.
  7. Verdeel er de stronkjes witlof over en druk er de gehaktballetjes tussen.
  8. Bestrooi met de geraspte kaas en de rest van het paneermeel en plaats zo’n 15 minuten in de voorverwarmde oven. Laat mooi gratineren.
Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen