In de jaren voor de Tweede Wereldoorlog had Nederland meer
behoefte aan landbouwgrond en vooral aan wat grootschalige boerenbedrijven. De
Eerste Wereldoorlog had door alle handels- en importbeperkingen
prijsverhogingen en een algemeen voedseltekort veroorzaakt. De prijsverhogingen
werden later wel wat milder, maar het voedseltekort bleef bestaan. Dit werd o.a.
veroorzaakt door de vele kleine boerenbedrijven. Daarnaast waren er in de
twintigerjaren van de 19e eeuw vele dijkdoorbraken met overstromingen in de
lange Zuiderzeedijk.
Het oude plan van Lely werd weer van stal gehaald en de Zuiderzee
werd afgesloten met de Afsluitdijk. In de voormalige Zuiderzee zouden polders
worden aangelegd en dat was “nieuw land”. De eerste polder was de drooglegging
van de Wieringermeer en na de voltooiing van de Afsluitdijk volgde de
Noordoostpolder: de eerste grote polder in de voormalige Zuiderzee.
De Rijksdienst voerde alle werken uit zoals dijken, gemalen
en watergangen, liet boerderijen bouwen, wegen en dorpen aanleggen en bepaalde
wie waar mocht boeren op de nieuwe boerderijen! Na de Noordoostpolder volgden
nog de twee Flevopolders. Het voornemen voor de Markerwaardpolder werd
uiteindelijk niet uitgevoerd.
In de lezing over het “Nieuwe land” gaan we in op de
besluitvorming vooraf, wat details over de Noordoostpolder zelf, de toewijzing
van de boerderijen en het vervolg van de andere nieuwe polders. Presentatie:
Jef Halmans.
Donderdag 10 oktober 2024 | 14.00 – 16.00 uur | Rode Rik,
Van Sonstraat 49 | Entree € 2,-- contant, inclusief kopje koffie of thee |
vrije inloop
www.ouderensamen.nl