Hoewel het tegenwoordig vanwege het gebruik van fossiele brandstoffen wat in diskrediet geraakt is, is het gebruik van stoom nog steeds erg belangrijk. Veel elektrische energie wordt opgewekt met gebruikmaking van stoom als medium. Zelfs bij moderne nucleaire centrales is stoom nog steeds onontbeerlijk.
Stoom is ook de motor van onze welvaart: de industriële revolutie is rond 1700 begonnen in Engeland met het gebruik van stoom als drijfkracht. Men was niet langer afhankelijk van water of van mens- of dierkracht. Een groot bedrijf kon op elke plaats gevestigd worden.
Dat was vooral belangrijk voor de mijnbouw. Waar de delfstoffen zitten moeten ook de krachtbronnen beschikbaar zijn. Bijvoorbeeld voor de aandrijving voor het drooghouden van de mijn, de ophaalmachine en de luchtverversing. De schaalgrootte van de bedrijven groeide steeds verder: er werd overgegaan van productie door ambachtsmensen naar grootschaligere bedrijven, die o.a. etenswaren en textiel produceerden.
Bij het eerste deel van deze twee lezingen zal het gaan over de ontwikkeling van de zuigerstoommachine tot ca. 1920. In de tweede lezing zal het gaan over de ontwikkeling en toepassing van de stoom- en gasturbines. Rond 1920 lost de turbine de stoommachine af. De turbine wordt vooral gebruikt voor de opwekking van elektriciteit: eerst nog maar tot 1000 kW maar nu zijn eenheden van 1000 000 kW geen bijzonderheid meer.
Presentatie: Jef Halmans
Donderdag 13 februari 2025 | 14.00 – 16.00 uur | Rode Rik, Van Sonstraat 49 | Entree € 2,-- contant, inclusief kopje koffie of thee | vrije inloop